Sven Kramer en Ireen Wüst krijgen het afscheid dat ze toekomt

Natuurlijk is er in Nederland wel vaker afscheid genomen van schaatsers. Van tópschaatsers. Eigenlijk is er elk jaar wel iemand die het toneel verlaat, doorgaans wel in de spotlights met een bloemetje en een handdruk. Maar dit is anders. Dit zijn Sven Kramer en Ireen Wüst, zonder overdrijven de beste schaatsers die ons land ooit heeft gekend en zeer waarschijnlijk ook de beste die de wereld ooit heeft gekend. Dit zijn levende legendes.
Achttien jaar staan ze al de top, als je de laatste twee seizoenen als junior meetelt. Achttien jaar waarin ze onvoorstelbare dingen hebben gepresteerd. De één stond er wat sneller dan de ander. Kramer werd al in 2005 voor het eerst Nederlands kampioen allround, terwijl Wüst een paar jaartjes eerder als jong meisje nog tekort kwam tegen de echte top. ,,Margot Boer reed in die tijd alleen op de 500 meter al zeven seconden sneller. Dat was niet leuk en ook niet makkelijk. Ik probeerde technisch de beste zijn om zo te kunnen aanhaken. Maar dat kwam niet vanzelf, ik moest er echt voor knokken’’, zei ze daar al eens over.
De inhaalslag die Ireen Wüst daarna uithaalde, is eigenlijk onvoorstelbaar. Dat was al een indicatie, niet alleen van haar talent, maar zeker ook van haar doorzettingsvermogen. Wüst is altijd een knokker geweest, die er bijna haar specialiteit van maakte de beste races af te leveren op de momenten dat het er écht toe deed. Zo stuntte ze ook in Turijn, op de Spelen van 2006 waar de 3000 meter haar eerste gouden plak opleverde in een reeks die inmiddels wereldwijd befaamd is. Daar had ze als 19-jarige broekie nog het voordeel dat er niets van haar werd verwacht, maar dat was ook meteen de laatste keer dat ze in zo’n situatie zat.
Sven Kramer was er toen ook al bij, reed vier afstanden, inclusief de achtervolging. De Fries keerde terug naar Oudeschoot met het zilver van de vijf kilometer en het brons van de achtervolging. Voor Kramer kwam de tijd om olympisch te oogsten vier jaar later, in Vancouver.
Svencouver
Dat werd op voorhand al omgedoopt tot Svencouver. Het bezoek aan Canada leverde weliswaar goud op, maar toch liet Vancouver een gapende wond achter bij Kramer. Het werden voor hem niet de Spelen van het gewonnen goud, maar van het verloren goud.
Na de zege op de vijf kilometer had hij immers ook dat op de tien zo goed als binnen, tot hij op de kruising door coach Kemkers de verkeerde baan in werd gewezen. De wereld stond even stil, in de ijshal en thuis werd met ontzetting toegekeken hoe Kramer zelf niets doorhad, terwijl Kemkers wel ónder het ijs wilde kruipen op het moment dat hij de fout besefte. De woede van Kramer kwam pas ná de finish, toen hem duidelijk werd wat er was gebeurd.
Tussen Sven Kramer en die olympische tien kilometer is het nooit meer goed gekomen. Ook vier jaar later niet, in Sochi. Daar moest de grote revanche komen, maar nu was het een andere rijder die een spaak stak in de wielen van Kramer. Jorrit Bergsma was in Rusland sneller. Vier jaar later viel Kramer zelfs buiten het podium in Pyeongchang. Die ’gouden tien’ blijft het enige hiaat in zijn erelijst, de enige prijs die hij nooit won. Maar wat er op die erelijst wél staat, daar zou elke topsporter blind voor tekenen.
Ireen Wüst had juist wel altijd een innige liefdesrelatie met de Spelen. Op het grootste mondiale podium oversteeg de Brabantse immer zichzelf. Die gouden medaille in Turijn vormde uiteindelijk slechts de inleiding tot de mooiste olympische loopbaan die een wintersporter ooit heeft gekend. Met het goud in Beijing voltooide ze een waar meesterwerk, met vijf gouden medailles in vijf Spelen op rij. Ongeëvenaard.
Mythische proporties
Haar hele olympische oeuvre is uitgegroeid tot mythische proporties. Zes keer goud, vijf maal zilver en twee keer brons maken haar tot de grootste olympiër aller tijden in Nederland, maar haar faam reikt inmiddels tot ver over onze landsgrenzen. In Beijing stond Wüst na haar gouden medaille volop in de aandacht van de internationale media. En toch, liet ze zich eens ontvallen, vond de het na die eerste gouden plak in Turijn eigenlijk al goed. ,,Ik heb dit zo lang kunnen doen omdat ik het heel leuk vind. Omdat ik mezelf steeds ben blijven uitdagen.’’
Dat deed Kramer eigenlijk ook. Voor de Fries was de uitdaging de beste te worden en te blijven. Daar slaagde hij heel lang glansrijk in, maar een tegenwerkend lijf luidde uiteindelijk toch het einde in. Dat moet een hel zijn geweest voor Kramer, die met minder dan de winst eigenlijk nooit genoegen neemt. Plek één is de enige die telt, alles minder is verliezen. En nu werd hij ineens met regelmaat verslagen door zijn eigen lijf.
Genieten
De fitte Sven Kramer was die man die schaatsliefhebbers intens kon laten genieten met fantastische races. Met titels, wereldrecords, maar ook met zijn persoonlijkheid en zijn uitstraling. Topsporters hebben allemaal ego’s, schaatsers vormen geen uitzondering. Allemaal willen ze de sterkste aap op de rots zijn, maar meer dan een decennium lang was er maar één aap die heerste. Sven Kramer was de eindbaas van het schaatsspel, niemand anders.
Samen hebben Sven Kramer en Ireen Wüst een uniek gezicht gegeven aan de Nederlandse schaatssport. Pak de erelijsten erbij en je ziet een duizelingwekkend aantal overwinningen en titels. De negen wereldtitels allround van Kramer, de tien Europese titels. Daar gaat nooit meer iemand aan komen. En niet alleen omdat de frequentie van het WK is teruggebracht naar eens in de twee jaar. Wüst pakte ook nog eens zeven mondiale allroundtitels, naast vijf Europese versies. De wereldtitels van het WK Afstanden lopen bij beide in de dubbele cijfers. Het is allemaal ongekend. En natuurlijk is er in het verleden vaker geroepen dat iets nooit meer verbeterd zal worden, maar wie deze cijfers wil overtreffen moet waarschijnlijk nog geboren worden.
Vrede
Maar die erelijsten worden nu nooit meer aangevuld. Het is klaar. Allebei maakten ze nog de Spelen mee, de ene beduidend succesvoller dan de ander, en misschien wel symbolisch voor hun relatie tot het olympisch toernooi. Natuurlijk had iedereen graag Kramer nog een plak zien pakken, maar dat zat er gewoon niet in. Kramer kon er vrede mee hebben, en dat zegt eigenlijk alles. Net als de woorden die hij bij de NOS sprak. ,,De jonge Sven Kramer had hier in Beijing de hele teringzooi verbouwd, de oude Sven Kramer denkt: heerlijk, maandag zit ik in het vliegtuig naar huis.’’
Kramer kondigde begin maart ook de komst aan van het tweede kindje van hem en Naomi van As, de voormalig tophockeyster. Dan weet je ook meteen wat er écht belangrijk is in het leven.
Ireen Wüst ontdekt dat ook al. Ze is nog zoekende naar wat ze na meer dan een half leven lang topsport wil gaan doen. Maar één ding vindt ze sowieso al prettig: dat haar leven niet meer wordt geregeerd door een topsportagenda. Dat ze keuzes kan maken wanneer ze daar zin in heeft. ,,Dat je dus op donderdag kunt voorstellen het weekend door te brengen in Parijs.’’
In Thialf krijgen ze zonder enige twijfel het afscheid dat past bij hun grootsheid. Met alles wat daarbij hoort, en gelukkig ook met volgepakte tribunes. Dát was ze nu misschien nog wel het meest gegund. Want wie moet er na zulke legendarische carrières denken aan een bloemetje en een slap handje in een leeg Thialf? Nu kunnen ze het eerbetoon krijgen dat hen toekomt.

