Reina Anema ziet bij Team Frysk nog voldoende perspectief
Ze draaide vorige winter een uitstekend seizoen, maar dat kon niet voorkomen dat Reina Anema tegenwoordig topsport met hindernissen bedrijft. Corona houdt de Friezin weg van haar werk, inkomsten vallen stil en ze startte een zoektocht naar sponsoren om het hoofd boven water te houden. Maar dat weerhoudt Anema er niet van de komende weken gewoon te willen presteren. Anema is in ieder geval goed begonnen, met twee zilveren plakken in het Daikin NK: op de drie én de vijf kilometer.
Het leven van schaatsers buiten het spotlicht van de commerciële ploegen is vaak verre van eenvoudig. Reina Anema (27) is daar een mooi voorbeeld van. Niks glitter en glamour, maar zorgen en sappelen. Lang kon de rijdster van Team Frysk zichzelf redden met de euro’s die ze verdiende als invaljuf op basisscholen, maar dat zit er op dit moment niet meer in. Want Anema probeert zoveel mogelijk in haar eigen bubbel te blijven. ,,Ik sta eigenlijk al lang niet meer voor de klas. Normaal deed ik dat na het schaatsseizoen, maar dat viel samen met de opkomst van corona, waarbij ik me meteen heb afgevraagd of ik dat nog wel moest doen.’’
Het antwoord was duidelijk. Voor één school maakte Anema nog een uitzondering. Die kon bellen als ze echt omhoog zaten. ,,Dat is de school hier in het dorp, in Gorredijk. Hier ga ik ook naar de winkels, kom ik die ouders misschien ook tegen. Bovendien ben ik daar vorig jaar ook veel ingevallen, ze kennen mijn situatie. Ze hebben me inmiddels ook weleens gevraagd, maar ik heb nog niet gewerkt. Als de besmettingen weer oplopen ga ik niet uit mijn eigen omgeving.’’
Sponsoren
Dat betekent wel meteen dat Reina Anema een probleem heeft. Ze is immers geen fulltime schaatsster, heeft geen mooie status van het NOC NSF, en zit dus meteen ook zonder inkomen. ,,Tja, er komt verder niks binnen en daarmee heb ik nu echt de keuze voor het schaatsen gemaakt.’’ Ze zat niettemin niet stil. ,,Ik heb de tijd benut om zelf te zoeken naar sponsoren. Daar kan ik misschien meer uithalen dan voor de klas staan, en het is zeker veiliger. In de zomer ben ik daar best druk mee geweest. Heb de bedrijven in het dorp bezocht, de lokale ondernemers. Die kennen me inmiddels, weten wat ik doe. Op zich is dat best wel gelukt, maar ik ben nog steeds op zoek. Alles is welkom.’’
Met lege handen komt Anema bovendien niet. Ze heeft uitstekende resultaten als referentie, zeker in het afgelopen seizoen, waarin ze vooral voor de jaarwisseling veel indruk maakte. Dat, zegt ze lachend, voelt alweer als heel lang geleden. ,,Komt door die heel andere invulling van de zomer door alle maatregelen. Normaal voel ik dat niet zo als de winter begint, maar nu wel.’’ Ze sloot af met de finale van de World Cup in Thialf. ,,Toen ik klaar was dacht ik ook: mooi seizoen. Ook omdat ik meer met het team onderweg ben geweest, en niet steeds alleen.’’ Haar coach Siep Hoekstra mocht een paar keer mee naar de World Cup. ,,En naar Kazachstan mochten ook Esther Kiel, Marwin Talsma en Ellia Smeding heen. Dan heb je toch eigen mensen om je heen. Vind ik prettig.’’
Rekensom
De stappen die ze maakten hadden kunnen uitmonden in interesse van de grote merkenteams, maar die interesse bleef uit. Anema is er, zegt ze zelf, ook niet heel erg mee bezig geweest, vooral omdat ze zelf al een simpele rekensom maakte. ,,Als je naar de grote teams keek en naar de plaatsen voor de vrouwen, dan was het snel duidelijk dat er niet veel ruimte zou ontstaan. Ik heb er wel over nagedacht zelf teams te benaderen, maar vooral over wat ik zélf wilde. Wilde ik nog bij Siep Hoekstra blijven, kon ik daar nog verder groeien en me ontwikkelen binnen Team Frysk, of had ik iets anders nodig? De antwoorden waren positief. Ik denk dat ik er bij Siep nog meer uit kan halen, wil daar gewoon blijven.’’
De klik die ze heeft met Hoekstra is groot. Dat was goed te zien op de momenten waarop ze samen successen vierden. De vreugde van de coach was bijna groter dan die van de pupil. ,,We voelen elkaar heel goed aan’’, erkent Anema. ,,Dat is me ook heel veel waard. Hoe dat komt? Tja, da’s lastig te zeggen. Vroeger hebben we ook samengewerkt, toen was die klik er al. Nu zijn we allebei wat ouder, zijn allebei gegroeid, maar de band is er nog steeds.’’
Verboden gebied
Maar Anema en Hoekstra maakten inmiddels ook weer kennis met de nadelen van een kleinere ploeg. Waar de grote teams zich ondanks alle regels mochten uitleven op het snelle ijs van Thialf, was dat voor Team Frysk verboden gebied. ,We mochten niet in Thialf trainen, mochten eerst ook niet meedoen aan de ‘oefensessies’.’’ Dat was een klap in het gezicht van de ambitieuze ploeg. ,,Het voelde voor ons heel oneerlijk. Het klopt dat wij geen commerciële ploeg zijn, maar volgens mij is het ook belangrijk te kijken naar het niveau binnen een team. En dat Team Frysk niet commercieel is, heeft ook veel te maken met de financiële bijdrage die je daarvoor aan de KNSB moet betalen. Gelukkig mogen we wel in Leeuwarden trainen. Daar zijn we blij mee.’’
Anema heeft zelf ook geen status bij NOC NSF waar ze zich op zou kunnen beroepen. ,,Die krijg je alleen als je top acht rijdt tijdens het WK. Dat heb ik helaas niet gehaald, maar ik werd wel negende in de eindstand van de World Cup. Dat is dan blijkbaar weer niks waard. NOC NSF heeft die protocollen voor een status mooi bedacht, maar bij schaatsen werkt het volgens mij net even anders. Waarom hebben wij ineens nergens recht op? We mogen als team niet eens op de topsporturen trainen. Binnen het team zijn mensen dat aan het uitzoeken. Fijn dat zij dat doen, zodat wij ons gewoon op sport kunnen richten.’’